vrijdag 13 augustus 2010
De bizon
7603
De bizon (bison, buffalo en ’iini’ in Blackfoot’s)
De bizon is het embleem van Manitoba. De naam Manitoba is afgeleid van het Indiaanse Manitou, de spirituele Opper Geest van de First People.
De eerste Europeanen die Canada in de 18de eeuw verkenden waren niet weinig verrast bij het zien van deze reusachtige woeste kuddes dat over de prairie zwermden. Toen waren er nog meer dan 60 miljoen Noord-Amerikaanse bizons (buffalo’s).
De bizon was het hoofdvoedsel voor de prairie-indianen. Niet alleen het vlees maar ook voor tenten, kledij, enz. De dieren werden opgejaagd in een ‘stampedo’ naar een ‘corral’ (kraal) waar de bizon konden worden geslacht als ze het nodig achten. De First People (Indianen) waren voornamelijk jagers en minder boeren.
Later, de Metis, een kruising van Fransen en indianen, werden experts bizonjagers. De huid werd gebruikt voor sterke koorden, de tongen gekookt en aangeprezen als een delicatesse. Het bizonvlees zelf werd gedroogd en vermengd met vet en soms bessen om de smaak wat aangenamer te maken. Het vleesmengsel, het ‘pemmican’, was gekend o.a. als conservevoeding voor de poolreizigers. Het werd eerder al door de indianen verpakt en opgeborgen als reservevoeding bij gebrek.
Gedurende de euro-indianse oorlogen viel de bizon als slachtoffer van het ongecontroleerd slachten met de ‘repeating rifle’ voor de sport en onder de politieke sfeer van toen. Karkassen van dieren die enkel gedood werden voor de ‘delicatesse’ tong overdekten weldra de vlaktes. Toen de blanke settlers zich realiseerden dat de inboorlingen enkel konden verslagen worden met het doden van hun wandelende eetvoorraad, staken ze de pairie in vuur en vlam. Duizenden bizons vonden hierbij een afschuwelijke vuurdood. Anderen kuddes werden massaal in de richting van het zuiden, naar wat nu de US is, gedreven. In 1885 was de bizon compleet afgeslacht of verdreven van de Canadese Great Plains.
Rond 1900 konden een handvol conservatieve veeboeren de Canadese regering overtuigen de bizon te beschermen. Het doden werd verboden. Manitoba nam het kollosale prairiedier zelfs op in haar provincial blazoen.
In het Manitoba Legistative Building (Provinciaal Parlement) flankeren twee bronzen levensgrote bizonbeelden een monumentale trap van Italiaans marmer. Als we de wacht, waar we ons moesten melden, vertelden dat we in Brugge ook zulke beesten hadden die een brug bewaakten, de Manitobabrug, waren ze aangenaam verrast.
Mij eerste levende en laatste bizons zag in in het plaatsje Minnedosa, waar een kudde in een omheinde weide graasde en ik enkele foto’s kon nemen.
Bizon’s in Minnedosa park, Manitoba - 5256
*
De Bison runners
We komen nog even terug op het jagen van de bizon door de Indianen. In het museum Smashed-head-in Bison Jump, niet ver van Fort McLeod, Hwy 2, kwamen meer te weten. Toen de bleekgezichten de Prairies nog niet in bezit namen en de Indianen niet over paarden en vuurwapens beschikten werden de dieren opgejaagd door de ‘bison runners’ naar een koraal waar ze gemakkelijker gedood konden worden met hun primitieve wapens.
Door rivier zijn er in deze onmetelijke vlaktes canyons uitgegraven met rotsachtige ravijnen, tientallen meters diep. Dezelfde techniek, al duizenden jaren gebezigd als het opjagen naar een kraal werden ook hier toegepast. Het eiste heel wat kennis van het bizongedrag, windrichting en voorbereiding. Vooreerst moest een reusachtige afgebakende laan (fuik) gemaakt worden door middel van stenen en kleine boompjes. Daartussen zouden vrouwen, kinderen en ouderen met doeken, huiden, trommels en kreten de dieren wegjagen indien ze van richting wilden veranderen. De zwakte van de beestentroep was dat ze een leider hadden dat ze blindeling volgden. B.v. bij een aanval van een kudde hongerige wolven gingen ze over in een stampede achter hun leider aan. Ook hun reukorganen zijn sterk ontwikkeld. Het zicht beperkt. En dat zullen de bizonrunners geweten hebben. Ze smeerden zich in met wolvenvet en -mest en overdekte zich met huiden om zo dicht mogelijk bij de kudde te komen en hun dan op te schrikken. De kudde ging op de loop en om niet af te wijken van het parkoers werden ze door de langsheen kilometers lange fuik opgestelde stamleden met geroep en gezwaai zo naar de ravijn gediregeerd.
Toen de eerste bizons zich realiseerden dat ze voor de afgrond stonden was het te laat om te keren. De achterop stormende dieren duwden letterlijk de voorste over de rand heen. Honderden bizons vielen te pletter op de bodem of werden verpletterd door de volgen neerploffende mastadonten. De jacht leverde vlees, huid voor kleren en tipee’s en bot voor gereedschap op om de lange strenge winter door te komen.
Oh, ja, ook dat nog: Hoe Smashed-head? Het verhaal is dat er een indiaan het neerploffen van de bizons eens van beneden wilde meemaken. Een van de dieren viel op hem en verbijzelde zijn hoofd. Vandaar!
Buffalo jump is in het Blackfoot “pishkun” wat zoveel als bloedketel betekend. Deze vorm van jacht duurde volgens archeologische vondsten van 12000 V.Ch tot 1500 N.Ch. Pas met de introductie van het paard veranderde de jacht. De bizonjacht werd dan later ook verfijnd door de Metis die er hun broodwinning van maakten en verwerken tot ‘pemmican’. Niet allen buffelvlees en vet maar ook de buffel-, elland- en het hertvlees werden op deze manier verwerkt.
Pemmican
Afgeleidt van het Creewoord ‘pimihkan’ werd het vlees gedroogt, fijn korrelig geplet en gemengd met vet en veldvruchten. Goed bereid en verpakt kon de pemmican dan jarenlang zonder koeling bewaard worden.
‘Canawa’ is de Canadese fabrikant van Pammican met een verhouding van vlees/vet van 1:1 tot 2:1.
Het hergebruik van de beenderen.
Door archelogen, nadien door beenderverzamelaars, werden aan de klippen stapels van metershoge bizonbeenderresten bloot gelegd. Ze werden verzameld en gebruikt voor verschillende nieuwe doeleinden, waaronder het winnen van fosfoor in munitie dat gebruikt werd in beide wereldoorlogen.
In de supermarkten wordt bizonvlees in de vorm van gemalen vlees als hamburgers verkocht. Bij Sobeys trof ik een drietal zeldzame lappen ‘Bison Tenderloin (filet) Boneless’ aan (55 dollar/kg). Ik kocht een lap van 0,218 gram voor 12 dollars en bakte het als wild.
De klippen van Smashed-Head-in Bison Jump - 6817
7874
Alberta
Bevolking: 3,585,143, Oppervlakte: 661,848 m2, Hoofdstad: Edmonton 1.800.268 inwoners.
Hoogte punt: Mount Columbia 3,747 m; laagte: Salt River 183 m.
Alberta is de enigste provincie in Canada dat geen provinciale tax geint wordt. Wel wordt er een 4% heffing (Provincial Tourism Levy) aangerekend in hotels.
Website: www.travelalberta.com.
UNESCO (The United Nations Educational, Scientific and Cultural Organization (*)
Van de 14 Unescosites bevinden er zich 5 in Alberta: Dinosaur Provinceal Park, Canadian Rocky Mountain Parks, Waterton Lakes National Park, Wood Buffalo National Park and Head-Smashed-In-Buffalo Jump.
Zie ook bij uitgeverij UNIBOOK ons laatste verschenen boek: Zwerven in Zuidwest-Europa, Frankrijk, Spanje, Portugal met de pelgrimsweg naar Santiago de Compostela als rode draad in dit ongewone reisverhaal www.unibook.com.
En Google www.roemenie.com. Klick op ‘verblijf en bedrijf’ en ‘boeken te koop’ voor ifo Zwerven in Oost-Europa en Zwerven in de Balkan.
Voetnoot (*) 851 natural and man-made wonders on Unesco’s World Heritage list, places whose loss would impoverish humankind. These sites are so significant that responsibility for their protection belongs not just to their host states or provinces, but also the world.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten